Alles over imitatiebont

De afgelopen jaren is imitatiebont super populair! Je ziet het in kussens, om meubels mee te stofferen, maar ook vaak als jas. Stijlvol, luxe en heerlijk zacht. Eigenlijk is echt bont dragen ook niet meer van deze tijd, toch? Gelukkig hebben we imitatiebont! 

Imitatiebont is er in veel verschillende varianten: teddy, langharig, kortharig, pluche, sheepskin en dierenvacht. Ze hebben een ding gemeen: ze zijn heerlijk zacht en zijn geïnspireerd op dierlijke vachten. Imitatiebont is soms zó goed nagemaakt, ik zie het verschil bijna niet met echt bont! Net zo mooi dus, én diervriendelijk! Nep klinkt misschien wat negatief, maar in dit geval is het fijn dat de bontjes bij Jan Sikkes 100% nep zijn!

Meestal wordt imitatiebont gemaakt van polyester, polyamide of acryl. Het is er als weefsel, maar ook als breisel. De stof wordt gemaakt met hele fijne pooldraad, dit is een draad die in een lus wordt mee verwerkt. Later wordt deze pooldraad doorgesneden, waardoor er allemaal haartjes ontstaan. Die haartjes lijken op bont. Hoe groter de lusjes, hoe langhariger het bont wordt. De bontjes worden nog behandeld en geborsteld, zodat ze zoveel mogelijk op echt bont gaan lijken. De meeste imitatiebonts hebben een duidelijke vleug. Dit is de richting waarin de ‘haartjes’ zitten, net zoals echt bont dat heeft.

Echt vs nep
Het kan soms best lastig zijn om echt bont mooi te houden. Geverfd bont kan na een tijdje kleur verliezen. De vezels van imitatiebont behouden hun kleur, een groot pluspunt dus!  Daarnaast zijn motten gek op echt bont, maar niet op imitatiebont. Het is geen ramp dat je imitatiebontjasje natregent, met een echte bontjas zou je nu naar natte hond ruiken… Je kunt imitatiebont meestal zelf wassen in de wasmachine. Als je dit aandurft, was het binnenstebuiten, met wolwasmiddel, koud én op handwas- of fijne wasstand. De veiligste optie is toch om het naar de stomerij te brengen, maar ik begrijp best dat je dat met een dekentje niet zomaar doet. Na het wassen kun je het nog even voorzichtig borstelen, om het volume weer terug te krijgen. 

Naaien met imitatiebont
Je kunt er van alles van maken: een bontjasje, kussenhoesje, bontkraag voor op een jas, imitatievachtje voor in huis, een heerlijk zacht dekentje, dierenkussen of mandje, pompons, tas, bedsprei, of zelfs een krukje bekleden. Super leuk allemaal en heerlijk zacht en aaibaar! 

Naaien met imitatiebont kan alleen wel een enorme bende opleveren. Houd daarom de stofzuiger of kruimeldief bij de hand en een plakroller voor je kleding. Kun je tussendoor even je werkblad en jezelf ontdoen van al die haartjes. Als je kleding, een sprei of een dekentje maakt is het wel zo fijn om er een voeringstof bij uit te zoeken. 

Als je een kledingstuk maakt van imitatiebont kun je het beste eerst bepalen welke kant de vleug op is. Het mooiste is dat de haartjes naar beneden zitten en dus plat liggen. Misschien vind je het handig om met een pijl op de achterkant aan te geven welke kant de vleug op is, kan dat in ieder geval alleen maar goed gaan! 

Het patroon aftekenen op de vlakke achterkant. Op de voorkant wordt ook wel erg lastig. Ook het knippen in de stof kun je het best doen met de achterkant naar boven. Bij het knippen is het de kunst om de haartjes aan de voorkant geen nieuwe coupe te geven. Probeer daarom niet de hele stoflaag te knippen, maar alleen het weefsel of breisel aan de achterkant. Misschien vind je het zelfs handiger om een scherp mesje te gebruiken i.p.v een schaar. Als je een schaar gebruikt, pak dan een met een scherpe punt. Neem de tijd om de patroondelen uit te knippen of snijden! 

Nu je de patroondelen hebt, kun je beginnen met naaien. Speld de stofdelen op elkaar met de bontkant naar binnen. Duw de haartjes die uit de naden steken tijdens het spelden goed terug in de naden, zodat het er na het stikken mooi netjes uitziet. Het is soms makkelijker om het eerst even te rijgen en dan pas te naaien. 

Imitatiebont kun je gewoon naaien met de naaimachine met een universele naald. Het is wel heel dik, maar het is niet een dichte stof. Zet je naaimachine wel op een grotere steek en probeer dit uit op een proeflapje. Als je een grote steek gebruikt kun je de haartjes makkelijk weer losmaken met een stompe naald. Als je met echt dik imitatiebont aan de slag gaat is het handig om een rolvoetje te gebruiken.